Die man met die blonde kuif, die vindt dat hij kan doen, zoals die andere man van overzee met ook zo’n blonde kuif. Hij heeft zijn hand overspeeld. Zijn wil bleek geen wet. Stampen op de vloer hielp ook niet. Af door de zijdeur.
Wat was het probleem?. Teveel willen. Teveel dromen, te weinig doen. En voor het willen was er te weinig geld.
Te weinig geld, hoezo?
Wel, we moeten zuunig doen voor ons nageslacht. Daarvoor moeten we onze buikriem aanhalen. Bovendien hangt er een donderwolk in het oosten. We moeten weerbaar zijn. Dat kost geld. We hebben al bezuinigd op ons onderwijs, op onze universiteiten, op onze innovatiekracht. Daar dus wat geld uitgeperst.
Maar dat is toch niet bezuinigen? Dat is minder investeren in de toekomst. Dat is niet zorgen voor ons nageslacht.
Tekort op de begroting
En verder. Waar hebben we ’t over. Onze begroting laat € 457 miljard uitgaven zien. Daar staat € 425 miljard aan inkomsten tegenover, een tekort dus van € 32 miljard. Zo’n 2,6% van het bbp. Dat mag van de EU. De BTW op cultuur en sport is helaas niet doorgegaan. Dan had het tekort wat lager uitgevallen. De buikriem voor nu verder aanhalen? Hier wat toevoegen (er zijn genoeg problemen) en daar wat weghalen? Een waterbed. Slim investeren? Meer AI in de zorg?
Tijdelijk lenen ?
Of, hoe kunnen we ergens anders geld vandaan halen? Zodat we meer kunnen investeren? Tijdelijk lenen? Onze overheidsschuld (onze schuldquote) is € 492 miljard, of 47 % van ons bruto binnenlands product (bbp). Veel? ’t Is maar hoe je het bekijkt. Van de EU mag het 60% zijn. Er is dus nog minstens 10% ruimte of z’n € 105 miljard. Daarmee kan je heel wat investeren in defensie, zorg en onderwijs. Generaals blij, ziekenhuizen blij, universiteiten blij. Maar wacht even. Ons nageslacht opzadelen met nog meer schuld? Aso.
Is terugverdienen mogelijk?
Meer schuld? Wel nee. We gaan het terugverdienen. Door ergens winst op te maken en daarmee de schuld af te betalen. Hoe dan? Ik moet toegeven dat gaat niet zomaar. Dat vereist wat creatief, disruptief denken. Wat zijn de opties?
De kip met de gouden eieren hebben we geslacht. Het Gronings aardgas. Dat bracht in de periode 2000-2013 totaal € 265 miljard op, waarvan bij elkaar zo’n 70% aan de Staat toeviel. In de periode daarna, door afschaling, tot het einde in 2019 totaal € 36 miljard. Maar daar komen we niet meer aan. Warffum en Grijpskerk zullen het verschil niet maken.
De staat heeft beloofd te stoppen. Hoewel, als alle huizen in de risicogebieden waren afgebroken en bevingszeker weer waren opgebouwd, zo goed mogelijk in hun oude ‘look’, dan was exploitatie nog mogelijk gebleven. Of, als de bedreigde bewoners riante huizen in bevingsvrije gebieden was aangeboden.
Maar goed. Er is niet creatief, disruptief gedacht.
Het ondernemerschap weer oppakken
Laat de Nederlandse staat dan maar het ondernemerschap weer oppakken.
De afgelopen 40 jaar zijn heel wat bedrijven zoals KPN, PostNL, DSM, Sdu geprivatiseerd. Waarvan de staat eigenaar was of er belangen in had.
Een nieuwe profitabele onderneming? Waaraan kan je dan denken? Cannabis. Een cannabis onderneming met meerdere fabrieken. Een conglomeraat. Een deal met Marokko over de levering van grondstoffen.
De wereldwijde cannabisindustrie (inclusief zowel recreatieve als medicinale cannabis) wordt in 2025 geschat op $44,3 miljard en groeit naar verwachting tot ruim $444 miljard in 2030. In vijf jaar!
Dus, waar wachten we op? ‘The Netherlands Cannabis NV’. In vijf jaar de verhoging van de overheidsschuld anno 2025 terugverdiend en afgelost.

Nederland drugsland
Ho, ho. Je gaat als overheid toch niet in de drugs! Faciliteren, dat kan ik me nog voorstellen. Uithalers toelaten tot containers. ‘Soit’. Maar daar verdien je niets aan. Kost je alleen maar geld aan het handhaven.
Maar produceren? Nederland een drugsland? Dat gaat te ver. Weliswaar geen opium, maar toch.
Dat bezwaar, ik kan ‘t me voorstellen, maar laten we eens in onze geschiedenis duiken. De eerste internationaal opererende multinational, de VOC, begon er al mee. Vierhonderd jaar geleden. Onder opperbaas en CEO Jan Pieterszoon Coen . Met harde hand. De boef.
De staat als producent en opiumdealer
En dat ging door. De Nederlandse koloniale overheid in Nederlands-Indië exploiteerde vanaf het begin van de twintigste eeuw een staatsopiumfabriek in Batavia. Jawel. Operationeel vanaf 1913. Een van de belangrijkste pijlers van het koloniale staatsmonopolie op opium, de zogenaamde Opiumregie. De rookopium werd via een fijnmazig netwerk van officiële opiumverkoopkantoren en opiumholen in heel Nederlands-Indië verkocht, tussen 1890 en 1942.
In 1925 exploiteerde de overheid 18 depots, 1062 retailers en 47 officiële opiumholen
De opiumhandel was een van de meest winstgevende staatsmonopolies, naast zout en pandhuizen. Een veilige markt van geketende, verslaafde gebruikers.
De opbrengsten uit de opiumverkoop werden gebruikt om de koloniale en Nederlandse staatskas te spekken, koloniale oorlogen te financieren het koloniale bestuur te financieren. Prabowo, de huidige president van Indonesië, schatte onlangs de overheveling van middelen van de voormalige kolonie naar Nederland, gedurende 350 jaar overheersing, op 27 biljoen euro! Historici zijn aan het rekenen geslagen.
Wisten we dat? Waarschijnlijk niet want het werd zorgvuldig uit onze geschiedenis boeken gehouden. ‘An Inconvenient Truth’.
De cocaïne fabriek
Maar dat is niet alles. In 1878 werden de eerste cocastruiken vanuit Bolivia naar ’s Lands Plantentuin te Buitenzorg gebracht. Kort daarop werd gestart met de verbouw van het gewas voor commerciële doeleinden op Java, Madoera en Sumatra. Vooral de Koloniale Bank van Amsterdam speelde een belangrijke rol in de cocaproductie. De Nederlandsche Cocaïnefabriek werd daartoe door de Koloniale Bank (later Cultuur-, Handels- en Industriebank, daarna Cultuurbank NV), op 12 maart 1900 opgericht. De voorloper van ‘The Netherlands Cannabis NV’.
In de jaren zeventig werd de fabriek overgenomen door AkzoNobel. Tot oktober 1972 was de Nederlandse Cocaïnefabriek een naamloze vennootschap. In maart 1975 werd de naam gewijzigd in NCF Holding BV, met AkzoNobel als moedermaatschappij. Cocaïne was een te beladen onderwerp geworden om nog voluit onderdeel van de naam van de fabriek te kunnen zijn. Conny Braam schreef er een boek over.
Het alternatief: wat, als niet?
We hebben dus een ‘track record’op het gebied van drugs. Maar als ’t zo is dat we nu een andere koers varen op ons moreel kompas. Wat dan? Hoewel, bij het huidige politieke klimaat en met de handelsgeest van de Nederlander versleuteld in zijn DNA.
Maar àls, wat dan?
Gewoon de buikriem aanhalen. Geen peperdure tanks en gevechtsvliegtuigen meer kopen. Het defensiebudget verlagen naar 1,5 %. Wat Spanje kan, kan ook hier. Laat de Russen maar komen. Of laat de landen tussen ons en Rusland maar een stevig schild bouwen.
Misschien kunnen we een cyberleger opbouwen van slimme jongeren, die niet zo’n zin hebben om naar het front te gaan en in de modder te staan. Die wel vanachter hun computer aan gene zijde van de frontlinie van alles digitaal in de war willen en kunnen schoppen, zodat daar manschappen, voertuigen, drones en vliegtuigen de weg kwijt raken. En energiecentrales en raffinaderijen van slag raken.
Een goed alternatief? Kost in ieder geval minder mensenlevens.
Edwin Kisman
Bronnen
OPIUM, de Staat als Dealer
Belasting & Douane Museum Rotterdam 19 okt 2024 -2 nov 2025
“Nederland runde eeuwenlang een drugskartel (en betaalde er zijn oorlogen mee)”
Ewald van Vugt, in de Correspondent van 25 oktober 2017
Van Vugt overleed op 11 april 2025
De handelsreiziger van de Nederlandsche Cocaïne fabriek
Conny Braam
Nederlandsche Cocaïnefabriek
Wikipedia
Holland drugsland






