In tijden waarin breed gediscussieerd wordt over de gevaren van AI, kunstmatige intelligentie (“voor je het weet is de mens de klos”), worden de voorbeelden van goede digitalisering onderbelicht. En die zijn er, vele. Hoewel, in sommige gevallen is terugkeer naar het oude aantrekkelijker. Repatriëring naar potlood en papier. Enkele voorbeelden van een spijtoptant.
Digitale veteraan
Terug naar papier en potlood? Waarom? Hoezo?
Ik ben geen digibeet. Heb digitalisering al vroeg omarmd. Heb begin tachtiger jaren een Teleac cursus ‘Basic programmeren’ gevolgd en toen mijn eerste computer gekocht. Een Exidy Sorcerer, met programma’s op cassettes. In 1985 mijn eerste Apple product, een MacPlus met 512 K geheugen en 800 K floppy disc. Je zou dus kunnen zeggen dat ik een ‘digitale veteraan’ ben. Wat niet wil zeggen dat ik veel verstand van computers heb.
Wat doe ik digitaal?
Ik doe heel veel op mijn huidige iMac en iPad. Schrijven, rekenen (spreadsheets), tekenen, organiseren, agenderen, plannen, bankieren, online bestellen, zoeken en vinden, communiceren (e-mail, whatsapp). Allemaal prachtig, snel en overzichtelijk. Toch heb ik besloten in sommige gevallen een stap terug te doen.
Typen met twee vingers
’t Invoeren van tekst en data gaat niet zo snel. Ik ben nog steeds niet in staat om met meer dan twee vingers te typen. Ik maak bovendien veel typfouten omdat ik vaak de toetsen aansla naast die, die ik moet hebben, of omdat mijn linkerhand soms sneller is dan mijn rechter. Maar dat is niet erg omdat er naderhand meestal nog veel redigeerslagen volgen.
Je mist het echte contact
’t Is zo dat je vingers met de toetsen niet dat contact met het medium (het scherm) hebben dat je, met een potlood in je hand, met het papier hebt. Digitaal is virtueel, potlood-en-papier is fysiek. Een aanloop naar het stapje terug.
Schrijven en tekenen blijft digitaal
Stukken schrijven doe ik digitaal, omdat die makkelijker te redigeren zijn. ‘cut and paste’. Het schrijven en het daaropvolgende redigeren, gaat sneller dan in handschrift. Dat houd ik zo. Ik ben daarin zelfs een stapje verder gegaan. Ik gebruik sinds kort ChatGPT als researchassistent.
Voor het tekenen blijf ik bij digitaal. Op een iPad, met een Apple pencil. Het voordeel is dat de tekening rechtstreeks in een digitale tekst kan worden geïmporteerd. De tekenprogramma’s zijn goed en veelzijdig. Schetsen, corrigeren en inkleuren gaat snel.
Ideeën vastleggen gaat beter op papier
Invallen, ideeën vastleggen kan digitaal, maar dat is een van de zaken waarin ik terug ga naar papier en potlood. Omdat het beter, overzichtelijker, visueler en vooral sneller is voor korte aantekeningen. Steekwoorden, korte zinnen, mindmaps. Dat is belangrijk, want voor je ’t weet is je mooie gedachte of idee vervlogen. ‘Blown in the wind’
Ideeën mijmeren
Ik sta vaak om zeven uur op. Zit dan op m’n gemak in onze serre naar buiten te kijken. Naar het water achter ons huis en naar de eendjes die langs zwemmen. Of met een blik op oneindig. Een vel papier en een potlood binnen handbereik, naast een kopje koffie. Stilte en rust. Mijmeren. Gedachten en ideeën komen op. Ik noteer ze, soms in steekwoorden soms in zinnen. Soms als ‘mindmaps’. Snel. Tijdens het schrijven of schetsen, met potlood op papier, worden gedachten vaak verder ontwikkeld. En verder ingeprent. Krabbels als springplank voor verder denken. Schrijven ondersteunt het denken.
Terug naar de papieren agenda
Ook voor mijn agenda heb ik een stapje terug gedaan. Ik heb een tijd de digitale agenda van Apple gebruikt. Het invoeren vind ik wat omslachtig. Maar verder is ie handig omdat je er in kan (terug)zoeken. Dat is niet zo makkelijk bij een papieren agenda, maar hoe vaak wil ik terugzoeken? De papieren agenda is makkelijker bij het maken van de afspraken. Ik doe dat altijd met een potlood, zodat ik makkelijk veranderen kan. De oude afspraak weggummen (“stuffen”), de nieuwe op een andere datum noteren. Een papieren agenda is ook overzichtelijker.
Ik gebruik al jaren een Moleskine agenda die loopt vanaf juli tot aan december van het volgend jaar. Naast het weekoverzicht is er een blanco pagina waarop ik gedachten en ideeën noteer.
Moet ik doen lijstjes
Voor ‘to-do’ lijstjes geldt hetzelfde. De invoer is omslachtiger: de computer starten en in het ergste geval, de app (Microsoft ToDo) openen. Ik gebruik in plaats daarvan losse vellen A5 waarop ik punten noteer van zaken die ik nog moet doen. Gedaan? Afgestreept. Om de dag maak ik een nieuwe lijst. Die vellen zijn trouwens de blanco achterzijden van afgedankte prints. Gehalveerde A4 tjes. Milieuvriendelijk, nietwaar?
Houdbaarheid van digitaal
Hoe is het met de houdbaarheid van digitaal ten opzicht van papier?
Papier is betrouwbaarder, kijk bijvoorbeeld naar de Middeleeuwse boeken en handschriften die nog goed te raadplegen zijn.
Een Word document uit de vorige eeuw kan ik daarentegen niet meer lezen. Ik heb de oude software niet meer. En als ik die al zou hebben, nieuwe computers accepteren die niet meer. Zo heb ik talloze teloor gegane documenten, tekst en beeld. De gunstige uitzonderingen zijn (nog), pdf’s. Met papier heb je dat probleem niet.
Per saldo
Met mijn agenda, notities, en ‘to-do’ lijsten keer ik terug naar potlood en papier. Stapjes terug? Of juist vooruit?
Edwin Kisman
Wat vond u van deze column?
Lees ook de column
“ChatGPT als hulpje van de schrijver. Zelf eens proberen?“
Ook als digital native kan ik nog altijd de waarde van het schrijven op papier ondertekenen… met potlood.
Heel herkenbaar, Edwin! Als projectmanager bij Teleac heb ik veel educatieve tv-programmaseries gemaakt over computers en daaraan gerelateerde onderwerpen. Moest daarom qua kennis en gebruik wel minstens een jaar voorlopen op ‘de rest’ van Nederland. Geen beginner, dus. Uiteraard doe ik (nog steeds) erg veel dingen digitaal, maar enkele essentiële activiteiten doe ik liever op papier. Mijn ’to-do’ lijstjes gaan óók op A5-jes. Het vastleggen van ideetjes, aanzetjes voor artikelen, lessen en toetsen óók. Die worden dan netjes in (gekleurde) plastic mapjes gesorteerd en bewaard in kartonnen hangmappen. Een soort grabbelton, maar dan wel gesegmenteerd. Hetzelfde geldt voor -een deel van- de research. Artikelen uit kranten en tijdschriften: uitscheuren en (gesorteerd) bewaren. Die grabbeltonnen zijn heerlijk: je kunt er lekker en gemakkelijk dingen uit halen, aan toevoegen, de volgorde wijzigen. Dat proces voelt voor mij als een startmotor van creativiteit.
Het uiteindelijke schrijfwerk is niet meer dan het in de juiste volgorde leggen van de grabbel-papieren en via het brein inkloppen op het toetsenbord.
Wat betreft illustraties ga ik 100% digitaal. Niet zoals jij tekenen op een ‘streelpaneel’, want ik mis dat talent volledig. Maar vanwege dat gemis heb ik als sinds het begin van de jaren ’90 een enorme verzameling illustraties aangelegd en de software om die archiefbestanden aan te passen en geschikt te maken voor gebruik in artikelen, lesteksten en digitale presentaties.
Wat betreft mijn agenda …. uitsluitend digitaal. Kun je handig inzien op computer, laptop, telefoon, streelpaneel, whatever. En mijn vrouw en ik gebruiken dezelfde agenda, kunnen we nooit in de knoop raken met het maken van afspraken.
Hoi Edwin,
Ik vind mijzelf ook geen digibeet. Nou ja, misschien wel een beetje. Mijn jongste zoon vindt mij stom, met papieren agenda, potloodje en gummetje (pardon, stufje). Mijn dochter zegt dat mijn misplaatste tikken door mijn dikke vingers komt die ik van haar geërfd zou hebben. Mijn oudste zoon heeft een PA en begrijpt deze discussie niet.
Groet, Koen
Mijn ouders en oude tantes zijn allen overleden. Geen mooi postpapier meer uitzoeken. Hoogstens een ansichtkaart voor het nageslacht.
Ook sta ik stijf van artrose en rheumatoïde artritis. Ondanks dat ben ik dankbaar voor mijn twee vinger communicatie. Potlood en gummetje bestem ik voor de
sudoku ´s. Verder niets tegen fysiek contact hoor.
Edwin, wat een herkenbaar verhaal. Een potlood, een Pentel 0.7 mm, en vellen papier gaan altijd mee in mijn rugzak als ik op reis ben. Neemt geen ruimte in en een lader is niet nodig. Een goed idee staat snel schetsmatig op papier. Ideaal voor “braindumping”, zeker als mijn hoofd onrustig en in de creatieve modus is.
Ik vraag mij af of Leonardo da Vinci ooit 100% digitaal was gegaan in deze tijd. De master brain dumper avant la lettre is een goed voorbeeld van het uiten van concept ideeën in tekst en technisch schets. Natuurlijk had hij nog geen notebook tot zijn beschikking, maar toch.
Da Vinci noteerde zijn ideeën op losse vellen. Daarvan zijn er intussen 13.000 gedigitaliseerd en online te bekijken. Zie Openculture. Een aantal losse vellen zijn in ‘notebooks’ gebonden, ook wel Codex’en genoemd. Microsoft oprichter Bill Gates heeft in 1994 de Codex Leicester gekocht voor $ 30 mln, nu $ 130 waard. De codex bevat 36 pagina’s, liggend A4