Het kabinet RutteIII heeft alert en adequaat gereageerd op de virusuitbraak die ons land pardoes overviel. Het zat er bovenop en liet zich niet echt verrassen. Alles is op z’n pootjes terechtgekomen. Niet omzien in wrok dus. Hoe hebben ze dat voor elkaar gekregen?
Rutte III was tot nu toe kampioen in het scheppen van onvervulde, loze verwachtingen. Alsof men het spreekwoord “Hoge verwachtingen, vangen veel teleurstelling” niet kent. Loze beloftes oogsten teleurstelling, frustratie, woede en agressie. In die volgorde. Het ziet er nu naar uit dat ze hun les geleerd hebben. Optimisme ‘on hold‘, ‘worst case‘ troef? Proactief wordt de nieuwe lijn?
Scenario’s
Er zijn voor verwachtingen drie scenario’s mogelijk.
A. Méér gerealiseerd dan verwacht. Een geval van ‘Under promise, over perform’. Meevallers, leiden tot tevredenheid, senangity. Niet te vaak doen, want dan gaat men structureel méér verwachten en moet je altijd méér waarmaken. Richt je op de ‘worst case’.
B. Gerealiseerd overeenkomstig de belofte. Een woord is een woord. Of, “Zeg wat je doet en doe wat je zegt”. Het meest favoriete scenario. Weet de ander precies waar ie aan toe is.
C. Niet gerealiseerd wat beloofd werd. ‘Over promise, under perform’. Een tegenvaller, een afknapper, teleurstelling, die leidt tot frustratie, vervolgens woede, dan agressie, tenslotte rellen. Valse verwachtingen gewekt, loze beloftes. Nou maakt het ook nog uit of dat bedoeld en structureel gebeurt of incidenteel. Het tast in ieder geval de geloofwaardigheid van de belover(s) aan. Zoiets geldt ook voor de kop van een artikel in een blad of krant die een verwachting wekt die in het artikel niet waargemaakt wordt.
Het was duidelijk dat het Kabinet, Hugo de Jonge voorop, vrolijk beschoeid, tot voor kort koerste op scenario C, dat uiteindelijk strandde in een teleurstelling. Bij zo’n afknapper zou Herman Finkers misschien helpen kunnen. Of juist niet. Te oordelen naar de titel van zijn (hand)boek “De cursus omgaan met teleurstelling gaat niet door“. Daarom, teleurstelling beter voorkomen dan genezen. Het is een kwestie van goed verwachtingsmanagement.
Scenario C
Koersval
Het effect van hoge verwachtingen zie je ook bij het presenteren van de cijfers van bedrijven, bijvoorbeeld van hun kwartaalresultaten. Zijn die (veel) lager dan de markt verwacht, dan duikelt de koers. Bij het opstellen van een begroting kan je beter niet te optimistisch zijn over je omzetontwikkeling. Kan leuk zijn, maar je biedt een teleurstelling een schot voor open doel. Beter de toekomst conservatief inschatten. Een wat grijzer scenario hanteren. Geef meevallers een kans. Scenario A.
Weersverwachting
De enige verwachtingen waar we niet zo zwaar aan tillen als ze niet uitkomen zijn de weersverwachtingen. Een standaardreactie is “Gelukkig dat de mens niets aan het weer kan doen. Dat zou maar oorlog geven”. Een stoïcijnse instelling.
Een bekend voorbeeld van een weersvoorspelling die een beslissende rol speelde was die bij de voorbereiding van D-Day, 6 juni 1944. Het was toen de weerman die het groene licht voor de invasie gaf.
Tailor made
Overigens worden de weersvoorspellingen vandaag de dag steeds nauwkeuriger. Dankzij de toegenomen rekencapaciteit van (quantum) computers en AI. Zie bijvoorbeeld Infoplaza die steeds meer ‘tailor made‘ weersvoorspellingen levert. Marc van den Eerenbeemt schreef er over in de Volkskrant (31 aug 2020) “Steeds preciezer voorspeld”. In de New York Times (27 aug 2020) schreef Marion Renault over “The (booming) business of customized weather forecasts”.
Buffett
Goed huwelijk
Ter afsluiting, en ter ondersteuning van het voorgaande, een citaat uit een interview van Particia Sellers met de wijze superbelegger Warren Buffett in Forbes (6 okt 2010): “What’s the secret of a great marriage? It’s not looks, nor intelligence, nor money – it’s low expectations”
Wat in het begin van het jaar gold, lijkt nu wat veranderd. Proactief is de insteek geworden. Voor het eerst in twee jaar. Zit proactiviteit niet in de gereedschapskist van een Kabinet of alleen maar niet in dat van Rutte III? De tijd staat niet meer stil..
Dinsdagavond kwam het duo Rutte/de Jong met aangepaste coronamaatregelen. Het debat kan weer beginnen. Een debat over Corona publiekelijk gevoerd, aan de TV borreltafels, draagt niet bij aan de geloofwaardigheid van de wetenschap, van de coronamaatregelen en van de betrokken ‘experts’. Verwarring onder kijkers. Een wetenschappelijk discours is goed. De ene wetenschapper heeft iets gevonden, de ander iets anders en vecht die ene aan. Zo’n debat is prima. Zo groeit onze kennis en onze wetenschap.
Aerosolen Maarten Keulemans schreef in zijn artikel ‘Luchtoorlog om corona’ (Volkskrant 6 juli 2020) dat 200 wetenschappers in een open brief wezen op het risico van het meeliften van het Covid-19 virus op druppeltjes speeksel die zo klein zijn dat ze een tijdje in de lucht blijven hangen en blijven rondzweven in ongeventileerde ruimtes. Aersolen in binnenruimtes, een soort stabiele luchtemulsie. Ramen open dus. Maurice de Hond had zich al eerder sterk gemaakt voor het idee. Ontmoette als leek veel scepsis van die wetenschappers die een maand later die brief niet ondertekenden. Amrish Baidjoe, veld-epidemioloog en microbioloog, riep het kabinet daarna in een brief op mondkapjes in binnenruimtes te verplichten (NRC 30 juli 2020).
Baat het niet, dan schaadt het niet
In landen om ons heen waren mondkapjes buiten verplicht, Nederland deed niet mee. “Andere cultuur”. De burgemeesters van Amsterdam en Rotterdam kwamen in opstand. Ahmed Aboutaleb zei: “Ik moet mezelf later nog in de ogen kunnen zien”. Hij moest ervan overtuigd zijn dat hij er alles aan gedaan had om uitbreiding van de besmettingen te onderdrukken. Baat het niet dan schaadt het niet. Femke Halsema zal ook zoiets gedacht hebben. Een mondkapje als ‘nudging’ instrument. Aanvankelijk voor bewustwording, daarna voor bewustblijving. Vooral voor (late) pubers voor wie ‘Fear of Missing Out’ (FOMO) leidend is en tegendraadsheid het normaal. Een lichtblauw mondkapje, al of niet drielaags, heeft een sterkere signaalfunctie, dan de ‘fancy’ afsluiters met een tijgerprint of leeuwenmuil.
Mondkapjes
Niet nodig, zei Van Dissel vorig jaar juli een Noors overzicht citerend: “laat 200 duizend mensen een week lang een mondkapje dragen, en je zult misschien één geval van besmetting voorkomen. Een buitengewoon klein effect”. Een typisch voorbeeld van ‘cherry picking’ (“cijfers zijn correct als ze mij welgevallig zijn”). Was het Nederlandse beleid soms gestoeld op het voorkomen van gezichtsverlies: “ Wie A zegt moet A blijven zeggen”? Ook Amrish Baidjo zei dat het erop leek of Nederlandse beleidsmakers waaronder Mark Rutte en RIVM-coronachef van Dissel een imagoprobleem (gezichtsverlies) vreesden als ze van mening zouden veranderen. „Er is zo lang gezegd: mondkapjes werken niet. Dan wordt het lastig daarop terug te komen. Het past in de trend dat er met te veel stelligheid is gecommuniceerd over dingen waarover geen zekerheid was.”
Ongeloofwaardige wetenschap Augustin Landier, een hoogleraar aan de ‘École des Hautes études commercials de Paris’ en David Thesmas van het ‘Massachusetts Institute of Technology’ schreven in een artikel in Les Echos, “Covis – 19 and the meaning of Scientific Failure’ dat de gezondheidscrisis een gigantische onzekerheid zichtbaar heeft gemaakt en de grenzen van menselijk kennis heeft getoond. Wetenschappers hebben uiteenlopende standpunten ingenomen en zijn regelmatig van mening veranderd. Hebben tegenstrijdige onderzoeksresultaten gepubliceerd en later weer teruggetrokken. “De vrees onder wetenschappers bestaat dat ze uit de crisis komen met een volstrekte ongeloofwaardigeheid”.
Grote golf publikaties
Daar bovenop kwam een tsunami aan publikaties, naar aanleiding van het Covid-19 virus. Een ‘collateral damage’. Een gevolg van de race naar het verlossende vaccin. Gewonnen door Pfizer en BioNTech. Het Allen Institute for AI (AI2) stelde vast dat er in die periode meer dan 130.000 wetenschappelijke publikaties op dit gebied waren verschenen. Voor het merendeel prematuur, soms speculatief, soms op schimmige websites gezet, niet volgens de normen ‘ge-refereed’, veel met voorlopige conclusies en een aantal dat weer werd teruggetrokken.
Beïnvloeding jonge volgers
Uit onverwachte hoek kwam ook nog eens het fotomodel Doutzen Kroes, een “influencer” met 6,5 miljoen volgers. Zij trok de vele tegenstrijdige conclusies van de experts in twijfel. De coronaparadox gaf haar daartoe de ruimte. Ze kwam met een complottheorie en aanbevelingen voor gezond eten. Promotie voor de Powerfoodlijn van haar zuster Renske? Kritisch zijn is goed, maar beïnvloeding, op deze wijze, van 6,5 miljoen jonge, over het algemeen niet zo kritische, volgers leek niet zo verstandig. Een wetenschappelijk debat is inderdaad heel goed voor de ontwikkeling van de wetenschap. Maar dan wel binnen de muren van die wetenschap. Met gesprekspartners die het spel kennen. En naar buiten komen, pas als er consensus is. Ook internationaal. Breng niet het grote publiek in verwarring, dat de logica en het nut van tegengestelde meningen niet kan volgen. Om te voorkomen dat het grote publiek zegt “die experts? ze kunnen me wat”.
Zo was het een jaar geleden en zo is het nog steeds. De tijd lijkt stil te staan.